Van een beetje structuur wordt iedereen gelukkig
In gesprekken met schoolleiders en bestuurders komt het thema professionele vrijheid van leraren vaak naar voren. Het belang van eigenaarschap en de ruimte voor leraren om hun eigen keuzes te maken en zich vakinhoudelijk te ontwikkelen, wordt breed erkend. Het beroep van leraar is immers verweven met autonomie. Leraren moeten in staat worden gesteld om hun professionele ontwikkeling vorm te geven, hun vak te verbeteren en oplossingen te vinden voor problemen die zich voordoen in de praktijk.
Tegelijkertijd hoor ik ook vaak dat deze professionele vrijheid onder druk staat door de veelheid aan taken en de hoge werkdruk. Dit belemmert niet alleen de individuele ontwikkeling, maar vooral ook de samenwerking ten aanzien van professionaliteit. Hier ligt een complexe uitdaging. Want hoe organiseren we het onderwijs zo dat leraren structureel aan hun eigen professionaliteit werken én tegelijkertijd samen werken aan het versterken van hun vak?
Professionele vrijheid is essentieel, maar vraagt om een balans tussen zelfsturing en samenwerking. Een leraar moet niet alleen gemotiveerd zijn om te leren en onderzoek te doen, maar ook openstaan voor collegiale consultatie en samenwerking. Dat klinkt vanzelfsprekend, maar is in de praktijk vaak een uitdaging. Daarnaast ligt er een belangrijke rol bij de schoolleiding: schoolleiders moeten zorgen voor de juiste randvoorwaarden en ondersteuning, en ruimte creëren voor samenwerkend leren. Wanneer het proces van professionele ontwikkeling en samenwerking niet goed verloopt, wordt dit vaak toegeschreven aan werkdruk en taakverdeling. Maar wat mij opvalt, is dat het probleem vaak dieper zit. Soms ontbreekt het aan zelfsturing bij leraren, of aan motivatie om zich verder te ontwikkelen. Aan de andere kant kan het ook gebeuren dat schoolleiders onder het mom van professionele vrijheid te weinig structuur bieden. En dat is zonde, want van een beetje structuur wordt iedereen gelukkig.
Dat het vinden van de juiste structuur geen eenvoudige klus is, is in de praktijk duidelijk zichtbaar. Binnen mijn werk heb ik al veel leuke en inspirerende gesprekken gevoerd met schoolleiders over hoe je een structuur kunt bedenken die zowel bij het team als de school past. Een structuur die houvast biedt aan zowel schoolleiders als leraren, en die ervoor zorgt dat professionele ontwikkeling en samenwerking op de juiste manier worden vormgegeven.
Het is aan de schoolleiding om een balans te vinden tussen vrijheid en richting aangeven. Leraren moeten weten wat er van hen verwacht wordt en tegelijkertijd de ruimte krijgen om die verwachtingen naar eigen inzicht in te vullen. Zonder duidelijke structuur kan professionele vrijheid al snel verworden tot een vrijbrief voor vrijblijvendheid. Schoolleiders moeten leraren kunnen aanspreken wanneer er onvoldoende zelfsturing of motivatie is, en tegelijkertijd een ondersteunend klimaat creëren waarin professionele ontwikkeling wordt gestimuleerd. Kortom, om professionele vrijheid daadwerkelijk tot bloei te laten komen, zijn een goede organisatie en structuur onmisbaar. Het is niet het één of het ander: zowel leraren als schoolleiders dragen de verantwoordelijkheid om van professionele ontwikkeling een succes te maken. Wanneer beide partijen hun rol pakken, ontstaat er een werkklimaat waarin vrijheid en structuur hand in hand gaan, en waarin iedereen kan groeien en bloeien. Want van een beetje structuur wordt iedereen gelukkig.
Deze column is geschreven door
Karla Okken, Civas Onderwijs & Kinderopvang
Karla Okken heeft een passie voor leren en heeft de overtuiging dat mensen een aangeboren drang naar leren hebben, zolang je maar de juiste ‘bronnen’ aanboort. Zij adviseert scholen en besturen hoe het leren en ontwikkelen van medewerkers in het onderwijs met behulp van blended en digitaal leren op een prettige en effectieve manier onderdeel wordt van de dagelijkse praktijk.
Karla Okken is adviseur leren en ontwikkelen en business unit manager bij Civas Onderwijs & Kinderopvang.